Humanisme wordt vaak bekritiseerd om zijn modernistische mensbeeld (nadruk op het autonome individu) en antropocentrische wereldbeeld (de wereld als maakbaar naar de verlangens van de mens). Religieus humanisme zoekt naar een nieuwe invulling, uitgaande van de gedachte dat mensen kwaliteiten en verantwoordelijkheden hebben die zij kunnen inzetten voor het realiseren van goed (samen)leven op een kwetsbare planeet. Daarbij staan niet controle en beheersing centraal, maar een besef van wederzijdse afhankelijkheidsrelaties tussen verschillende bestaansvormen, bijvoorbeeld zo elementair als de bacteriën in onze darmen die onze stemmingen beïnvloeden.